Manuele Therapie bij zuigelingen en kleine kinderen,

Manuele therapie bij zuigelingen betreft meestal de behandeling van een asymmetrische stand
van het hoofd en/of een overstrekkende zuigeling. Men noemt deze asymmetrische stand ook
wel een voorkeurshouding. Na onderzoek blijkt vaak dat er op gewrichtsniveau sprake is van een dwangstand waarbij het in nagenoeg alle gevallen de bovenste nekwervel (de atlas) betreft.

Deze standafwijking is vaak ontstaan bij de bevalling of door de ligging in de baarmoeder.
Dit gaat niet, of zelden, spontaan over.

Meestal zijn er maar 3-4 behandelingen nodig om een volledig herstel te realiseren. Deze behandelingen worden gedaan door Manueel Therapeuten die door de EWMM opgeleid zijn in de behandeling van het kleine kind. De cursus is geaccrediteerd door de Nederlandse Vereniging voor Manuele Therapie (NVMT) en deze Manueel Therapeuten zijn geregistreerd in het KMT-register.
Dit kunt u raadplegen op www.ewmm.net.

Manuele Therapie bij volwassenen is niet te vergelijken met Manuele Therapie bij kleine kinderen. Omdat het skelet pas verbeend is rond het 20e levensjaar zijn technieken, zoals deze bij volwassenen toegepast worden, uit den boze. Het zijn zeer milde technieken waarbij met name de richting bepalend is en zeker niet de kracht. De kracht die gebruikt wordt om een deukje in een opgeblazen ballon te drukken kun je vergelijken met de kracht die op de wervel komt, tijdens een behandeling.
Naast de behandeling van de Manueel Therapeut, vindt er een behandeling plaats van de Kinderfysiotherapeut, die het gedeelte oefentherapie en hantering- en houdingsadviezen met de ouders doorneemt. De therapeuten staan in nauw contact met elkaar tijdens deze behandeling over de vorderingen van het kind.